maandag 20 januari 2014

"Bumba zonga mikende!"



Het mag gezegd, we hebben het jaar 2013 in schoonheid afgesloten. Enkele verre familieleden van Carlos kwamen op logement. Samen met hen trokken we de brousse in. Een colonne van zeven moto's, gevolgd door maar liefst twee volgwagens. Begeleid door een arts, politieagent en mechaniciens....er kon dus niet veel mislopen!


Het was een prachtige dag. We reden door tientallen dorpjes: kinderen dansten en wuifden, ook volwassenen riepen ons alvast een welgemeend "bo nani!" (gelukkig nieuwjaar!) toe. Onze chauffeur was heel enthousiast, de staat van de weg barslecht. Gevolg? Een klein accidentje met de jeep en enkele blauwe plekken. Desondanks genoten we met volle teugen. We reden 40km noordwaarts van Bumba, tot aan het dorpje Yakoy. Hier kwam Carlos vele jaren elke week op bezoek per moto. Hij liet in dit dorp zijn eerste kerk bouwen, ondertussen meer dan veertig jaar geleden. We waren getuige van een heel blij weerzien met de dorpelingen van de oude generatie.

's Avonds deden we ons tegoed aan apenvlees en kapitein (de lekkerste vis uit de Congostroom). Er was zelfs champagne. Ook de meeste Bumbatriciens vieren feest op deze avond. De kinderen bouwen voor de gelegenheid kleine boomhutjes met grote palmtakken, waarin ze dan spelen. Her en der zag je dus huisjes in de hoogte verschijnen. Schattig.


Op 1 januari namen we een kijkje op materniteit om onze mama's een mooi en gezond (!) jaar toe te wensen. Toen we echter ons hoofd binnenstaken in de verloskamer, bleek dat de vroedvrouw van dienst bezig was met de reanimatie van een pasgeborene. Onmiddellijk probeerden we te helpen waar we konden. Maar ondanks hartmassage en mond-op-mondbeademing konden we het kind niet redden. Een koude douche, en dit op de eerste dag van het jaar. Als dit maar de toon niet zet, dachten we luidop.
 
Ook voor enkele andere feestvierende Bumbatriciens waren de naweeën van het feestvieren bijzonder pijnlijk. Op 2 januari botsten twee motorijders tegen elkaar. Beiden overleden ter plaatse. Een motorijder die even later voorbij kwam rijden, stopte, maar reed in paniek weg toen hij de lichamen zag liggen. Omstaanders die dit tafereel aanschouwd hadden, waren ervan overtuigd dat hij schuldig was aan hun dood en vluchtmisdrijf pleegde. Ze zijn hem achterna gegaan en hebben hem vreselijk toegetakeld, tot hij ten slotte aan zijn verwondingen overleed. De familie van deze man was natuurlijk razend kwaad en heeft de volgende dag in de wijk van de moordenaars meer dan honderd huizen in brand gestoken. Ook drie scholen en gezondheidscentra moesten eraan geloven. Ook hier vielen slachtoffers, de anderen sloegen op de vlucht. Het volledige verhaal, inclusief beeldmateriaal, vind je ook terug op de blog (www.bumbanotredame.blogspot.com). Niet voor gevoelige kijkers...

We waren ronduit geschokt, dit alles speelde zich af op 3 kilometer van de parochie. Tot nu voelden we ons in Bumba echter heel erg veilig. Enkel na zonsondergang lieten we ons begeleiden door nachtwakers. We hoopten dat hiermee de veiligheidsmaatregelen niet verstrengd zouden worden... De dagen daarop werden echter nog enkele moorden gepleegd. De prijs voor overspel en diefstal betaalt men in de Equateur blijkbaar soms met het leven. De drang naar vergelding is hier beangstigend groot... Een niet zo geruststellende gedachte.


Maar gelukkig bleven we gespaard, zodat we nog twee heerlijke weken konden doorbrengen. Op 4 januari viert men hier 'les martyrs de Congo', een feestdag ter nagedachtenis van de slachtoffers bij de opstand in 1960 in de aanloop naar de onafhankelijkheid. Op 6 januari hervatte het college haar lessen, zodat ook wij ons lessenpakket konden afronden voor onze terugkomst. De laatste les handelde over contraceptie en vooral over het belang van condoomgebruik voor de preventie van soa's. Als voorbereiding schuimden we apotheken af in Bumba. Wat bleek? Voorschriften bestaan hier niet, alle medicatie kan vrij verkocht worden. Zelfs antibiotica, bloeddrukverlagers, insuline of anticonceptie... Bovendien kan elke persoon die over voldoende kapitaal beschikt een apotheek openen. Ondanks de tientallen apotheken in Bumba, is geen enkele apotheker werkzaam die adequate en correcte informatie kan verschaffen aan klanten. We besloten hier de leerlingen attent op te maken, en dus ook op het belang om een arts te raadplegen alvorens contraceptieve middelen te gaan gebruiken. Op de parochie haalden we een projector van onder het stof en maakten een powerpoint presentatie, die sprekende foto's bevatte van enkele seksueel overdraagbare ziektes. We zorgden voor voldoende didactisch materiaal en wat spektakel, opdat deze les heel lang zou blijven hangen. En het werkte! We gaven de les aan zowel jongens als meisjes, telkens zo'n 40 tot 50 leerlingen, en het klaslokaal was muisstil. Er werden mijns inziens terechte en kritische vragen gesteld. Mythes werden opgehelderd: neen, een condoom veroorzaakt geen onvruchtbaarheid! De lessen brachten ons voldoening, de prefect en de leerlingen waren ons dankbaar. Zelfs ons Frans ging er flink op vooruit.

Verder gaven we in het ziekenhuis kleinschalige workshops over neonatale reanimatie, het gebruik van oxytocine om de weeën te stimuleren tijdens de arbeid, het plaatsen van infuuscatheters, etc. Stuk voor stuk topics waarvan we tijdens ons gehele verblijf merkten dat de kennis of de kunde nog wat te wensen overliet. Of gewoon een heropfrissing van de theorie.


Toen de verhuis van de operatiezaal erop zat, kreeg het voormalige operatiezaaltje een nieuwe bestemming: ‘la salle des pansements’ of de verbandkamer. Hier wordt elke dag de wondzorg uitgevoerd van zowel gehospitaliseerde of ambulante patiënten. We gaven het lokaal eerst een likje verf en verhuisden toen spullen en meubels. Voortaan zou de wondzorg niet langer in de tandartspraktijk moeten gebeuren. Een hele verbetering.


Sinds begin januari worden in het ziekenhuis ook 'goîtres' geopereerd. Door een tekort aan jodium kan de schildklier enorm gaan zwellen, met ernstige klachten tot gevolg. Een aandoening die vooral vrouwen treft op jonge leeftijd. De ingreep bestaat uit het chirurgisch verwijderen van de zwelling en zorgt onmiddellijk voor een hogere levenskwaliteit. Nadien heeft men bijvoorbeeld minder moeite om te slikken, en bovendien durft men zich weer onder de mensen te begeven. Een dergelijke operatie in Kinshasa kost al snel 2000 dollar. Hier in Bumba kan dokter Trésor de operatie onder lokale anaesthesie uitvoeren voor 150 dollar. Voor veel vrouwen is dat nog steeds onbetaalbaar. Om die reden zoekt pater Carlos sinds kort sponsors om de ingreep voor deze patiënten mogelijk te maken. De sponsor betaalt 100 dollar, de familie van de patiënten betaalt de rest. Reeds drie gevallen werden succesvol geopereerd. Een ervan mochten we bijwonen. Knap werk. Charlotte en ik besloten die dag om ook te sponsoren. Liefdadigheid met een heel concreet resultaat: elke sponsor krijgt een persoonlijke e-mail met inbegrip van foto's voor en na de ingreep.


Ook naast onze werkuren waren we druk in de weer. Voor de eindejaarsdagen had het personeel van het ziekenhuis twee koeien geslacht en onder elkaar verdeeld. Voor Carlos bleek het hart, de tong en de lever gereserveerd. We experimenteerden dus om enkele gerechten klaar te maken op houtskoolvuurtjes, met wisselend succes weliswaar. Maar we amuseerden ons, gingen naar de markt om ingrediënten te kopen, en leerden inventief te zijn met de weinige beschikbare groenten (spinazie, maniok, ui en tomaat). Onze inspanningen werden ten zeerste gewaardeerd door Carlos. Als wederdienst mochten we enkele uren met een motorboot mee varen op de Fleuve. Adembenemend!

Het afscheid naderde helaas snel. Op dinsdag 14 januari nodigden we de vroedvrouwen uit voor een afscheidsdrink. Met z'n achten spraken we af in een cafeetje (of wat tenminste voor een café moest doorgaan). Wij trakteerden met een drankje, de vroedvrouwen met een hapje. Er werden gsm-nummers uitgewisseld en plannen gesmeed voor een volgende visite, want "Bumba zonga mikende" (zij die uit Bumba vertrekken, komen terug)! :-)


De volgende dag namen we afscheid. Een kleine delegatie begeleidde ons zelfs tot aan het vliegveld om ons uit te wuiven. Het was tegelijk droevig, maar ook heel intens. Waar we in het heengaan konden profiteren van een directe, twee uur durende vlucht naar Kinshasa stond ons nu een ingewikkelder schema te wachten, i.e. een stop, een overstap en nog twee stops. We deden er vijf en een half uur over, maar alles verliep uitstekend. In Kinshasa logeerden we bij een Nederlander, Roland, die we tijdens ons verblijf in Bumba leerden kennen toen hij met zijn boot in de haven lag. We maakten er nog vier gezellige dagen van, hoewel Kinshasa niet de meest aangename hoofdstad is in termen van veiligheid, netheid, rust, ... De overgang naar de westerse wereld gebeurde op die manier wel geleidelijker. Ook in Kinshasa maakten we enkele feestdagen mee: op 16 januari herdenkt men de moord op ex-president L.-D. Kabila. We maakten van de gelegenheid gebruik om het mausoleum te gaan bezichtigen.


 We waagden ons ook aan een duik in een lokaal zwembad. Een hele interessante ervaring, want een doorsnee Congolees kan niet zwemmen. Gevolg? Het ondiepe zwembad werd ingenomen door ploeterende zwarten, terwijl drie blanken zich in het diepe water bevonden. Een enkele man waagde zich toch in het diepe -weliswaar met reddingsvest... :-)
 
Gisteren namen we de nachtvlucht naar Brussel. Ons Congelees avontuur zit er bijna op. Ik zeg bewust 'bijna', want graag had ik jullie allen uitgenodigd op het benefiet dat we organiseren ten voordele van het project "Een hart voor Bumba" (www.project-bumba.com). Zo kunnen we onze ervaringen nog eens met jullie herbeleven. Het benefiet gaat door op 15 februari in de Sint-Barbaracollege,   Savaanstraat 33 te Gent. Van harte welkom vanaf 15u. Hopelijk tot dan!

 

Liefs,

Sien en Charlotte

donderdag 2 januari 2014

"Prêtes pour les fêtes?"

Het pannenkoekenfeestje op kleine schaal mocht ik vergeten... Tijdens de overdracht op 19 december werden we door Soeur Antoinette (hoofd van het ziekenhuis) prompt uitgenodigd op een feest dat verzorgd zou worden door het ziekenhuispersoneel. Wat waren we benieuwd!
 
's Avonds heb ik samen met Charlotte, Francesca en Carlos afscheid genomen van mijn 24e levensjaar met een glaasje sangria, die we enkele dagen geleden op de kop hadden kunnen tikken. De appelsienen zijn hier echt overheerlijk. Op de koop toe vonden we carambolas (sterfruit) om de glazen te versieren. Wat een overdaad... En alsof dat nog niet genoeg was, maakte Carlos net voor middernacht nog een fles schuimwijn open! :-)
 
De volgende ochtend werd ik om 7u uit bed gesleurd door Charlotte. Ze had samen met Francesca de binnenplaats en de eetkamer versierd met ballonnen en slingers, ik kreeg een feesthoedje op en binnen wachtte me een uitgebreid ontbijt: omelet, koffie, versgeperst sinaasappelsap, zelfgemaakte confituur.... Deze dag kon niet meer stuk. In de voormiddag hebben we in het ziekenhuis gewerkt, in de namiddag nog twee lessen gegeven aan de tweedejaars. Daarna kwam de kleermaker bij ons langs op de parochie met de op maat gemaakte kleedjes voor het feest :-) we hadden eerder deze week alle stalletjes in Bumba afgeschuimd op zoek naar mooie stoffen, met succes! Om 17u30 werd ik achterop de moto gezwierd bij Carlos en zo -heel stijlvol- in amazonezit naar het feest gebracht :-)
 
Ik was werkelijk ontroerd. Enkele mensen hadden lekker gekookt, en de vroedvrouwen kwamen me een cadeau overhandigen, waarvoor ze allen hadden samengelegd. En wat bleek.... ik kreeg precies dezelfde stof die ik enkele dagen daarvoor in een winkeltje op de kop had getikt. Men kent hier dus blijkbaar al mijn smaak! Ze blijven verbazen, die Congolezen :-) Verder werd er veel gedronken en gedanst, we verlegden nog even naar een ander 'café', waar er meer ambiance was. 's Avonds werden we te voet naar huis begeleid. De wegen in Bumba bestaan uit aarde en zand (géén asfalt dus!) en straatverlichting is er niet. Het is dus even op je tellen passen om geen lelijke val te maken. Gelukkig was er voldoende maanlicht... we zagen zelfs onze eigen schaduw. Tussen haakjes: ook de sterrenhemel is hier om over naar huis te schrijven. Wat ik bij deze dus ook doe ;-)
 
Zondag hebben we afscheid genomen van onze geliefde anaesthesiste. Het vliegtuig zou in Bumba vertrekken omstreeks 11u. Een goed anderhalf uur later -en uiteraard stipt naar Congolese normen- zagen we een blinkend stipje aan de horizon verschijnen. Bij het afscheid werden Charlotte en ik allebei even stil. Francesca's veertiendaags bezoek is voorbijgevlogen. Binnen drie weken is het onze beurt om afscheid te nemen, en het werd plots een staalhard besef hoe lastig we dat gaan vinden...
 
Wanneer ik aan een doorsnee Congolees vraag hoe het gaat, krijg ik steevast als antwoord: "ça va un peu" of " ça semble aller". Gisteren was ik verrast toen ik een "ça va très bien" te horen kreeg. Toen ik ernaar vroeg, antwoordde hij dat hij blij was in leven te zijn, en bovendien zelfs in goede gezondheid. Wat kon hij nog meer wensen? Het leven is hier inderdaad soms een 'overleven'. Mensen leiden -en lijden- hier een hard bestaan, maar desondanks valt hier vast en zeker een 'joie de vivre' te bespeuren. Hun aanleg voor dans en zang, grappen maken op de (voor ons) meest onmogelijke momenten, hun gastvrijheid en vrijgevigheid, ...
 
Onlangs waren we met Carlos aan het grappen dat bij menig Congolezen enkele genen ontbreken. Ik denk hierbij vooral aan de zin voor punctualiteit, logisch redeneren en organisatie. Tot onze verbazing vertelde hij dat ooit een pediater op bezoek gekomen was en dezelfde opmerking maakte. Hij had er bovendien een plausibele verklaring voor... Tijdens de eerste levensjaren worden kinderen voornamelijk op de rug van hun moeder gedragen. Wanneer er zich bijgevolg iets afspeelt voor de ogen van de moeder, kunnen zij dat niet zien. Op die manier leren ze volgens hem tijdens hun vroege ontwikkeling letterlijk niet 'vooruitkijken', maar ook tijdens de latere ontwikkeling manifesteert zich dat als een onvermogen om figuurlijk 'vooruit te kijken' en zich te organiseren. Interessant...
Wanneer we dat aan de praktijk toetsen, lijkt dat mijns inziens deels te kloppen. In tegenstelling tot de Congolese vroedvrouwen zetten wij tijdens de arbeid van onze mama's alles klaar voor de bevalling, zodat we niet meer van hot naar her moeten lopen als het hoofd bijna wordt geboren. Ook tijdens onze lessen wordt duidelijk dat onze meisjes het moeilijk vinden om hun vruchtbare dagen vooruit te plannen. Mensen leven hier meer van dag tot dag. De levensomstandigheden "dwingen" hen soms hiertoe: het klimaat laat bijvoorbeeld niet toe om voedsel lang te bewaren, en van koelkasten is nauwelijks sprake.
 
Het is tijdens het schrijven van de blog al meermaals gebleken: een recht op gezondheid is in Congo een 'voorrecht'. Dat heeft natuurlijk alles te maken met het feit dat hier geen systeem van sociale zekerheid is. In grootsteden als Kinshasa kan je wel privé-ziekteverzekeringen afsluiten, maar in deze uithoek is daar geen sprake van.
 
Bij het inschatten van gezondheidsproblemen treedt bovendien vaak vertraging op, waardoor men laattijdig en dus met ernstigere symptomen aankomt in het ziekenhuis. Ik moet hierbij spontaan denken aan een voordracht die gegeven werd door Artsen Zonder Grenzen omtrent het 'three delays model'. Dit model gaat ervan uit dat er in ontwikkelingslanden drie soorten vertraging bestaan in de zorgverlening. De eerste vertraging betreft 'the delay in the decision to seek care' en heb ik hierboven al beschreven. Deze vertraging komt vooral voort uit het gebrek aan financiële middelen of het onvermogen om symptomen van ziekte te herkennen.
 
De tweede soort vertraging wordt 'the delay in reaching care' genoemd. Ik illustreer met een casus in het ziekenhuis. Enkele maanden geleden verloor een hypertensieve vrouw het bewustzijn en werd per moto naar het ziekenhuis gebracht. Een bewusteloos persoon vervoeren op een moto is geen sinecure en al zeker niet veilig, maar het was de snelste manier om het ziekenhuis Notre Dame te bereiken, dat 40km verderop lag. Tijdens de rit kwam de voet van de vrouw in het achterwiel van de moto terecht. Gevolg: de vrouw is sindsdien gehospitaliseerd en zit in een rolstoel. De voet heeft men gelukkig kunnen redden... Zondag kwam ook een zwangere vrouw toe, die heel lang onderweg was: haar vliezen waren thuis gebroken en de navelstreng hing uit de vagina. Baby's die in dergelijke situatie niet binnen het kwartier worden geboren, zijn meestal ten dode opgeschreven. Bij opname kon er dan ook geen foetale hartactiviteit meer worden geregistreerd... Het zou haar negende bevalling worden, maar slechts drie van haar kinderen zijn nog in leven.
 
De laatste vorm van vertraging heet "the delay in receiving care" en treedt op wanneer de patiënt effectief medische hulp heeft gezocht, maar er onvoldoende medisch materiaal of medisch geschoold personeel voorhanden is om adequate zorg te verlenen. Hier kunnen wij als vrijwilligers het 'gemakkelijkst' op inspelen.
 
Het project "een hart voor Bumba" streeft er dan ook naar om duurzame investeringen te doen, die een zo groot mogelijk publiek bereiken (zoals een radiografietoestel). Heel sporadisch kan worden tussengekomen in de betaling van de behandeling van patiënten, zoals een baby die in juni zonder dikke darm geboren werd.
 
Naast het praktische en financiële aspect is dus ook een goede opleiding onontbeerlijk. Ik trek soms grote ogen als ik de medische of verpleegkundige kennis van stagiairverpleegkundigen of stagiairvroedvrouwen bevraag. De opleidingen zijn in Congo kwalitatief minder hoogstaand dan in Europa. Er is vaak corruptie, diploma's worden ten onrechte 'gekocht'. Wanneer je met mensenlevens werkt, is dat moraal compleet onaanvaardbaar en in een Westerse wereld haast ondenkbaar... Gelukkig is er sinds september op vraag en met de hulp van Carlos ook een "aspirant- verpleegsterschool" opgericht, verbonden aan het college Notre Dame met degelijke onderwijzers en gemotiveerde studenten. Daarnaast proberen wij ook met onze lessen in het secundair onderwijs het bewustzijn en de kennis omtrent vruchtbaarheid en anticonceptie aan te scherpen.
 
Maar naast al dat werk werd er de laatste dagen ook veel gefeest. Op kerstavond zijn we om 18u naar de mis afgezakt en aanschouwden we samen met een kleine duizend parochianen het kerstverhaal in het Lingala. Twee jongemannen kropen bijna tot in de nok van de kerk om voor lichtspot te spelen. Een hilarisch zicht.
Op kerstdag zelf maakten we 's morgens onze langverwachte en felbegeerde pannenkoeken voor de zusters en hielpen verder mee aan het fameuze Congolese gerecht "Moambe". Het is een waar spektakel: bananen, kip, pili pili, rijst, arachidenoten, palmolie, eieren en maniokbladeren. Alles moet in het bord worden gemengd tot een gelijkmatige brij (volgens Carlos een berg van Sinaï). En wonder boven wonder, het smaakte echt lekker! We waren wel ongelooflijk verzadigd, waardoor we noodgedwongen het avondmaal en het daaropvolgend ontbijt overgeslagen hebben.
 
 
 
Er kwam echter een domper op de feestvreugde. Enkele dagen later stierf Sifralotje, onze premature baby, geheel onverwachts. De avond voordien waren we nog op bezoek geweest (ze had ondertussen de kaap van 1kg bereikt!). Alle vitale parameters bleken uitstekend, dus we vertrokken met een gerust hart naar huis. Wat we niet wisten is dat 's morgens de baby voor dag en dauw door de familie meegenomen zou worden naar een traditionele medicijnman. De familie had de moeder ervan overtuigd dat er 'slechte geesten' huisden in het hoofd van het kind. Toen we toekwamen in het ziekenhuis, was zij al overleden. De familieleden waren vertrokken om haar te begraven en de moeder was al ontslagen uit het ziekenhuis. Het nieuws kwam als een slag in ons gezicht. Zoveel verontwaardiging... zoveel onmacht over dit onrecht. Onze westerse kennis en kunde, ons enthousiasme en onze zorgen zijn niet opgewassen tegen deze diepgewortelde tradities en bijgeloof. Moeilijk om te aanvaarden. Moeilijk om te begrijpen dat ook de sterkste kinderen hier geen eerlijke kans krijgen. Ik vertelde de volgende dag het hele verhaal aan mijn moeder. Ze was er ook enorm door geraakt en schreef het van zich af. Het werd een kerstverhaal.
 
"Ik ben geboren op Kerstdag 2013
het kan ook enkele dagen eerder zijn
het was alleszins rond die tijd
Ik ben geboren in een ziekenhuis
in het noorden van Congo
 
ik heb pech
ik ben te klein
ik weeg maar 1150 gram
te klein om in Congo te leven
 
mijn moeder twijfelt
ze wil mij geen naam geven
ze is bang
ze gelooft er niet echt in
 
Toevallig zijn twee Belgische vroedvrouwen
en een anesthesiste bij mijn geboorte
ze willen mij een kans geven
ze improviseren een couveuse
en houden mij warm met een warmwaterkruik
ze geloven in mij
ik vecht
 
ze stimuleren mijn moeder om melk af te kolven
ik ben te klein
te klein om te drinken aan de borst
ik heb de kracht niet
 
mijn moeder luistert
en doet zorgvuldig wat haar is opgedragen
onder begeleiding en met zoveel stimulerend enthousiasme
ze komen elke dag meermaals naar mij kijken
hoe het met mij gaat
ook telkens voor ze gaan slapen
ze geloven in mij
 
ook mijn moeder verandert
ze ziet dat ik groei
ze begint er ook in te geloven
ze legt mij al op haar buik
ik voel haar naakte huid
ik leef
 
ik vecht
ik mag al zonder warmwaterkruik leven
ik ben een sterk kind zeggen de vroedvrouwen
ieder Belgisch kind in mijn situatie is niet zo sterk zeggen ze
ik groei van al dat enthousiasme
 
ook in België is men enthousiast over mijn geboorte
er worden kaarsjes aangestoken 
men vraagt naar mij
en vraagt hoe het met mij gaat
 
mijn moeder knuffelt mij
ze ziet mij graag
ze gelooft in mij
ik weeg vandaag 1 kilogram
het is feest in het ziekenhuis
het ziet er goed uit voor mij
ik leef
 
vandaag kwam mijn familie met mijn moeder praten
ze moet mee
ik ook
we moeten naar een Afrikaanse genezer
ik moet het ziekenhuis verlaten
de Belgische vroedvrouwen merken niet dat ik weg moet
ze zijn elders aan het werk
ik ben bang
ik vecht
en ik leef
 
de Afrikaanse genezer onderzoekt mij
hij besluit dat er een vreemde geest in mijn hoofd huist
hij gelooft niet in mij
hij overtuigt mijn familie geen energie meer in mij te steken
ik ben klein
ik vecht
 
ik ben klein
ik heb pech
ze heeft in mij geloofd
mijn moeder
maar tegen de traditie kan ze niet op
ik ben te klein
ik vecht niet meer
 
ik leef niet meer